De Munt / La Monnaie DE MUNT / LA MONNAIE

Alles wat u moet weten over

Les Huguenots

Leestijd
6 min.

Een overrompelend massaspektakel dat je met zijn historische tableaus, balletten, koorscènes, muzikale inventiviteit en intense drama- en romantiek vijf uur lang aan je stoel kluistert: Les Huguenots is zonder tegenspraak een van de grootste blockbusters uit de hele operageschiedenis. Alleen al in de Parijse Opéra werd het stuk meer dan duizend keer opgevoerd, tot het in de 20ste eeuw van de affiche verdween. De Munt werkte in 2011 mee zijn revival in de hand met een succesproductie die u nu kunt herontdekken.

Groots, grootser, grand opéra

Parijs, 1831. Na de Julirevolutie wil het nieuwe bestuur in Frankrijk de kosten en de verantwoordelijkheden van de Opéra de Paris, tot dan toe altijd een affaire d’état geweest, van zich afschuiven. Louis-Désiré Véron – een dokter, journalist en ondernemer die fortuin had gemaakt met de verkoop van hoestpastilles – ziet brood in deze onderneming en vraagt de exploitatie aan. In de daaropvolgende vier jaar zal hij als eerste directeur-manager van de Opéra realiseren wat weinigen hem zouden nadoen: een operahuis winst laten maken. Zijn businessmodel? Met enkele van de grootste talenten van zijn tijd vol inzetten op een operagenre dat perfect op maat is van het nieuwe (betalende!) publiek uit de Parijse burgerij: de grand opéra.

Dat publiek snakt naar “geloofwaardigere” verhalen, waarin menselijke emoties het drama sturen en niet langer een reeks goddelijke interventies of de logica van goedheid en rechtvaardigheid. Het wil helden waarin het zich kan herkennen, een theatertaal die hen directer aanspreekt. Een schare jonge componisten uit Parijs staat klaar om hen op hun wenken te bedienen, maar niemand zou de populariteit weten te evenaren van Giacomo Meyerbeer (1791-1864). De in Berlijn geboren, joodse bankierszoon voelde feilloos de permanent revolutionaire inborst van zijn tijd aan en schreef samen met librettist Eugène Scribe een aantal opera’s die in alle opzichten ‘grand’ of groots waren.

Giacomo Meyerbeer rond de tijd van 'Les Huguenots'
Giacomo Meyerbeer rond de tijd van 'Les Huguenots'

Eerst en vooral koos de tandem Scribe-Meyerbeer steevast voor maatschappelijk beladen onderwerpen. Robert le diable (1831), hun eerste triomf, betrad onder meer met zijn "Ballet van de dode nonnen" op spectaculaire (en schandaleuze) wijze de religieuze taboesfeer. Hun volgende opera gaat nog een stap verder en thematiseert zowaar politieke en religieuze segregatie: Les Huguenots schets namelijk in vijf grote bedrijven het verhaal van de katholieke hofdame Valentine en de protestantse edelman Raoul, die op de Titanic van de Franse godsdienstoorlogen verliefd worden op elkaar. Met de zegen van koningin Marguerite kan hun gemengde huwelijk plaatsvinden, maar politieke ambities aan beide zijden van de geloofsgrens leiden tot onverzoenbare standpunten en uitlatingen. Tegen de achtergrond van de Bartholomeusnacht (1572), waarbij de katholieken de protestanten massaal afslachten, bekeert Valentine zich tot het protestantisme. Het leidt de ondergang van de geliefden in: kort daarna worden ze gedood door graaf de Saint-Bris, leider van de katholieken… en vader van Valentine.

Grootse verhalen vereisen grootse middelen, en zoals die andere 19de-eeuwer, Oscar Wilde, al wist: “Nothing succeeds like excess.” Voor Les Huguenots wordt dan ook alles uit de kast gehaald: er is de bezetting met meer dan twintig solisten, waaronder in de hoofdrollen de absolute operasterren van die tijd. Er zijn de spectaculaire special effects, mogelijk gemaakt door een state-of-the-art toneelmachinerie. Er zijn de massascènes waar films als Lawrence of Arabia, Ben Hur of Spartacus bij verbleken, met makkelijk honderd koorzangers en figuranten. Er is ballet. Er is uiteraard ook de bijna vier uur aan schitterende muziek, waarover Hector Berlioz zou zeggen dat er genoeg materiaal in zit voor 20 opera’s. Meyerbeer brengt in zijn partituur de elegantie van het Italiaanse belcanto, de volle orkestklank van de Duitse romantiek en de lichte touch van de Franse stijl samen tot een boeiende mix, die vaak verrast en altijd bekoort. Geen wonder dat Les Huguenots al van meet af aan een succes kende dat al even ‘groots’ was als zijn opzet…

Renaissance

Flashforward naar 2011. Enkele korrelige VHS-opnames of sterk ingekorte uitvoeringen daargelaten, lijkt Les Huguenots volledig opgegaan in de mist van de operageschiedenis. Rivaliserende componisten als Richard Wagner – wiens ideaal van het Gesamtkunstwerk nochtans in grote mate schatplichtig is aan Meyerbeer – hebben in hun pamfletten de grand opéra succesvol in diskrediet gebracht, waardoor huizen ook meer op hun hoede zijn voor de immense kostprijs verbonden aan een opvoering. Bovendien heerst het idee dat het moeilijk is om zangers te vinden die stilistisch en vocaal voldoende onderlegd waren om de grand opéra aan te kunnen. Een herontdekking zit er niet snel aan te komen...

Enter Olivier Py. De Franse regisseur, acteur, zanger, toneelschrijver, theaterdirecteur (en zoveel meer) probeert samen met dirigent Marc Minkowksi al tien jaar lang een groot Europees huis te vinden dat de moed heeft om Les Huguenots terug op te voeren. Het is finaal de Munt die de uitdaging aangaat. “Het feit dat Les Huguenots zo zelden wordt gespeeld en het historische belang van dit stuk, prikkelen me,” laat Py optekenen in ons magazine. “Des te meer omdat het thema van de godsdienstoorlogen hier niet domweg historiserend behandeld wordt – misschien omdat deze opera is geschreven op het moment dat de joden het in Frankrijk lastig begonnen te krijgen.”

Ook Olivier Py’s enscenering is niet “domweg historiserend”. “Ik combineer graag verschillende tijdvakken, dat lijkt me de enige juiste aanpak. Sommigen zullen misschien liever alles helemaal overplaatsen naar het huidige Midden-Oosten, maar ik ben daartoe niet in staat. Ik zou het gevoel krijgen dat ik de partituur verscheur, dat ik ze minder krachtig maak. Net zo min kan ik de wereld ten tijde van de Julimonarchie reconstrueren. Het blijft altijd een hedendaagse mijmering, zowel over de tijd waarin het werk is geschreven als over die waarin het zich afspeelt, de Franse renaissance. Ik componeer. Ik zoek telkens daar waar ze me het meeste te bieden lijken te hebben. Mijn versie van Les Huguenots is een bijzonder composiet, met formele uitschieters en zelfs renaissancekostuums, maar ook met een executie die lijkt op een standrechtelijke executie in 1940. Ik zie in Les Huguenots fundamenteel een verhaal over onverdraagzaamheid. Dat is wat ik wil vertellen.”

Een laatste keer in de Munt

Dat verhaal heeft elf jaar later nog steeds niets aan relevantie ingeboet. En dus rijpte bij Muntdirecteur Peter de Caluwe het idee om Brussel in 2022 nog één keer over te geven aan de splendeur van deze grote Meyerbeer-herontdekking. Met een nieuwe dirigent en een nieuwe cast! Dirigent Evelino Pidò bewees in 2019 al zijn feeling met Meyerbeers muziek in een concertante versie van Robert le diable, maar ook bij de zangers vinden we klinkende namen terug. Zo hebben bijvoorbeeld drievoudig ‘Artiste Lyrique de l’Année’ Karine Deshayes en de Italiaanse tenor en MM Ambassador Enea Scala alles in huis om de uitdagende partijen van het onmogelijke liefdeskoppel Valentine en Raoul te bedwingen. Samen met meer dan 79 muzikanten, 56 koorzangers, 16 dansers en figuranten en alle verzamelde krachten van de Muntteams backstage staan ze klaar om u vijf uur lang volledig te transporteren naar het tedere én meedogenloze, het poëtische én erotische universum van Olivier Py’s Les Huguenots. Een once-in-a-lifetime opera-ervaring die bewijst dat een beetje overdaad niet altijd schaadt.